De ideale belegging is natuurlijk een belegging waarvan u gegarandeerd rendement ontvangt. Echter, beleggen is altijd met risico, u kunt (een deel van) uw inleg verliezen. Over het algemeen kunnen we zeggen: de hoeveelheid risico en het verwachte rendement gaan hand in hand met elkaar. Dat leggen we graag even uit met een voorbeeld over lenen.
Stel: u heeft € 1.000 over. U kunt dit bedrag aan twee vrienden uitlenen. Als alles goed gaat, krijgt u het bedrag na een jaar terug inclusief rente. Uiteraard bestaat er een risico dat u het niet terugkrijgt. Dit zijn de mogelijkheden:
U kunt het geld maar één keer uitlenen. De rente is hetzelfde. Maar de kans dat u het geld terugkrijgt, is bij Piet groter. Daarom kiest u voor Piet, want dan loopt u minder risico. Maar stel dat u € 150 rente zou krijgen als u het geld uitleent aan Linda. Dan wordt dat misschien wel een aantrekkelijke optie. Kortom: beleggers willen een rendement dat past bij het risico dat ze lopen.
Spreiding in uw portefeuille is erg belangrijk. Met beleggen kunt u kiezen voor verschillende beleggingscategorieën. De meeste beleggers beleggen daarom in aandelen én obligaties, vaak via beleggingsfondsen.
Bij beleggen in aandelen hebben we het hier over beursgenoteerde bedrijven. Via de beurs kunt u een aandeel kopen. Eigenlijk wordt u op dat moment voor een stukje eigenaar van het bedrijf. Bij een beursgang geven bedrijven voor het eerst aandelen uit. Dit doen ze vaak om geld op te halen dat ze kunnen investeren.
Wanneer u in het bezit bent van een aandeel deelt u mee in de prestaties van het bedrijf. Bedrijven kunnen ervoor kiezen om (een deel van) de winst uit te keren aan de aandeelhouders. Dit noemen we ook wel dividend. Een beursgenoteerde onderneming is alleen niet verplicht om dit te doen. Het bedrijf kan ook de keuze maken om de winst te herinvesteren in het bedrijf zelf, zodat het bedrijf kan groeien. Ook als de resultaten tegenvallen kan een onderneming kiezen om tijdelijk geen dividend uit te keren.
Als aandeelhouder mag u vaak ook deelnemen aan de aandeelhoudersvergadering. Hierin wordt de bedrijfsvoering besproken en wordt er onder andere gestemd over benoemingen van nieuwe bestuursleden.
Een aandeel kan ook meer of minder waard worden, doordat het goed gaat met het bedrijf, of juist slecht. De aandelen worden op de beurs verhandeld. Door vraag en aanbod komt er een prijs tot stand. Hierdoor kunt u als belegger naast dividend ook koerswinst of -verlies behalen. De koersontwikkeling is een belangrijk onderdeel van uw totale resultaat.
Obligaties is de andere beleggingscategorie waar veel in belegd wordt. Een belegging in obligaties is een belegging in schuldpapier van een overheid of een bedrijf. Als belegger leent u als het ware uw geld uit. De vergoeding die daar tegenover staat is een periodieke uitkering, ook wel couponrente genoemd in echte beleggingstaal. De partij waar u het geld aan uitleent, noemen we de uitgever of de emittent van de obligatie. Die uitgever kan uit ontwikkelde of uit opkomende landen komen.
Bij de meest voorkomende en eenvoudige obligatieleningen is er een aantal afspraken gemaakt. Het gaat hierbij om de looptijd van de obligatie en de couponrente die u ontvangt. In veel gevallen wordt de couponrente jaarlijks uitgekeerd, maar dit kan bijvoorbeeld ook elk half jaar zijn. De looptijd van de obligatie kan variëren van 1 tot 30 jaar, of zelfs nog langer.
Daarnaast wordt er bij obligaties veel aandacht besteed aan de kredietwaardigheid van de uitgever. Deze wordt uitgedrukt in een score: een 'rating' in beleggerstaal. Moody’s, Standard & Poors (S&P) en Fitch zijn de belangrijkste kredietbeoordelaars die een mening geven over de kredietwaardigheid van de obligatie-uitgever. Deze score geeft aan hoe groot de kans dat het betreffende bedrijf of overheid de couponbetalingen zal uitbetalen en het geleende bedrag kan terugbetalen. Hoe lager de beoordeling, hoe groter het risico dat de uitgever dit niet kan, door mindere economische omstandigheden of slechte prestaties. Als belegger krijgt u een vergoeding voor dat risico in de vorm van een hogere couponrente. Of u betaalt een lagere koers dan de koers waarop die obligatie bij het begin is uitgegeven.
Ook obligaties kunnen namelijk gedurende hun looptijd meer of minder waard worden. Als het niveau van de rente in de economie stijgt, neemt de waarde van obligaties af. Omgekeerd: als de rente daalt, stijgen obligatiekoersen. Omdat de rente in een economie meestal daalt als het economisch slechter gaat, bieden obligaties in een gespreide beleggingsportefeuille een mooi tegenwicht aan aandelen. Dit, en het feit dat obligaties veelal minder risicovol zijn dan aandelen, zijn de belangrijkste redenen om in obligaties te beleggen.
Omdat het niet zo eenvoudig is om obligaties individueel in de markt te kopen en verkopen is het raadzaam om via een beleggingsfonds in obligaties te beleggen. Met Zelf Beleggen Basis kunt u daarom niet direct in obligaties beleggen, wel in beleggingsfondsen en ETF's die geheel of gedeeltelijk (mixfondsen) in obligaties investeren.
Beleggen in aandelen kent dus over het algemeen meer risico’s vergeleken met obligatiebeleggingen. Daar staat tegenover dat u als aandeelhouder ook meer kan meeprofiteren als het goed gaat. Bij obligatieleningen zijn er meer zaken vooraf afgesproken. Er is dus minder onzekerheid, maar dit betekent ook dat u minder profiteert van goede prestaties want de couponrente staat vaak vast.
Over het algemeen zien we dat de koersen van aandelen en obligaties niet volledig in dezelfde richting bewegen. Gaat het economisch iets minder? Dan reageren aandelen daar over het algemeen heftiger op. Daarom kiezen veel beleggers ervoor om hun bezittingen en risico te spreiden over aandelen en obligaties. Op deze manier proberen ze een mooi verwacht rendement te behalen met het risico dat bij ze past. Dit is natuurlijk voor iedereen anders. Kies vooral wat bij uw situatie past en probeer bewust te zijn van de risico’s die u loopt.
Naast aandelen en obligaties kwamen er door de jaren heen steeds meer producten bij waarin je kunt beleggen. Het ene product is makkelijker te begrijpen dan het andere. Met beleggen kun je ingewikkelde constructies maken. Maar dat is echt iets voor zeer ervaren beleggers. Want het is complex en het risico kan groot zijn. En dat risico is met beleggen natuurlijk iets om in de gaten te houden. Superbelegger Warren Buffet zei ooit: “Never invest in a business you cannot understand”. Onze eerste les heette dan ook: ‘Keep it Simple’. Beleg niet in producten die u niet begrijpt. Want hoe kunt u dan de risico’s overzien?
Beleggen doet u met geld dat u over heeft, naast uw buffer voor onvoorziene uitgaven. Beleggen brengt risico’s met zich mee. U kunt (een deel van) uw inleg verliezen. Het is goed om u hiervan bewust te zijn.